dinsdag 30 april 2013

Cottage in de stad

Cottagen is voor mij een werkwoord, een romantisch werkwoord. 'Ik cottage' is een manier om een aantal dingen te zeggen, zoals:
- Ik kook jam of chutney.
- Ik droog kruiden
- Ik zaai planten voor de moestuin
- Ik bak brood
- Ik maak zeep
- Ik maak groenten in
- Ik werk in mijn (moes)tuin
- Ik maak kaarsen van restjes kaarsvet
- Ik brouw bier

Dat laatste is nog een wensdroom. Ik heb de spullen al in huis, maar ben nog niet aan brouwen toegekomen. De rest doe ik ieder jaar. Het hangt samen met mijn verlangen naar autarkie of iets wat daar dichtbij komt. Dat zal me nooit lukken. Maar zelfvoorzienend zijn, biologisch eten en een kleine ecologische voetafdruk zijn belangrijk voor mij

Een cottage is eigenlijk wat wij een keuterij noemen: een klein boerderijtje met een stuk grond er omheen voor het eigen levensonderhoud. Het leven in een cottage was een hard en onzeker bestaan. Een slechte oogst kon een winter vol honger betekenen. De tuin stond vol met geneeskrachtige kruiden en nuttige bloemen, zoals kamille, goudsbloem en duizendschoon. Pas later kwamen sierplanten zoals stokrozen, lupines en gewone rozen. De keuterboer hield vaak bijen en kippen en had een varken in de schuur dat in november 'op de ladder' ging.

De romantiek van de cottage bestond vooral in de ogen van de romantici met hun terug-naar-de-natuur-idealen. Onder hun invloed en die van de maatschappijhervormers werd de cottagetuin wat die nu is: een weelderige tuin vol bloemen, kruiden, groenten en fruit. En dat is het ook wat het voor mij is: ik ben immers van na de Romantiek.

Ik houd geen bijen of kippen. Daarvoor ben ik te vaak van huis. Maar nu ik in een ander huis woon met een grote tuin, wil ik wel zoveel mogelijk uit mijn tuin halen. Er staan al kruiden: salie, peterselie, oregano, tijm, citroenmelisse en bieslook. De eerste bieslook is al gedroogd. Ik heb al diverse groenten gezaaid en de spinazie en de doperwten steken hun kopjes al boven de grond. Mijn bloementuin wordt niet zo weelderig als een cottagetuin. Het blijft toch een stadstuin.

De laatste tijd maak ik ook mijn eigen yoghurt. Ik zag bij River Cottage hoe je dat aanpakt: melk aan de kook brengen en dan laten afkoelen tot je je vinger er in kunt houden zonder je erg te branden (ik las ergens dat het 40 graden moet zijn) Daarna gaat de warme melk met een deel yoghurt in een thermoskan. Na 24 uur heb je dan nieuwe yoghurt. Ik vind het verrassend, zo eenvoudig en zo lekker!

Er ligt een heel cottageseizoen op me te wachten....

donderdag 25 april 2013

De spanning van (voor)zaaien

Ik kreeg de tip van iemand om het voorzaaien van planten in eierdoppen. Als de eerste groei er is, kun je de schaal breken maar het plantje met de schaal verpotten. Ik wilde het wel proberen omdat mijn tuin kleigrond is. Dat is een grondsoort die kalk nodig heeft. Het is dus niet alleen een handig potje, maar ook een aanvulling voor mijn tuin. 
Het werkt niet helemaal zoals ik gehoopt had. Ik had een gaatje in de schaal moeten prikken om te zorgen dat extra water weg kan. Een paar zaden zijn gaan schimmelen. Ik rekende er op dat ik de poging zou moeten opgeven, iets nieuws zou moeten zaaien of naar het tuincentrum zou moeten voor planten die door anderen zijn gezaaid. Gelukkig ontdekte ik vanmorgen dat er in ieder geval drie zaden zijn uitgelopen. Een pompoen, een squash en een courgette. 

Ik heb nog andere zaden gezaaid: Oostindische kers, Lupine, Kattesnor en Stokrozen. Er is nu nog niks te zien en ik ben ongeduldig en ook hier weer bezorgd. De zaden heb ik zelf geoogst. Ik hoop dat ik ze goed bewaard heb. De Kattesnor en de Lupine zijn wit, de Stokrozen wit met een rood hart en de Oostindische kers is heel donkerrood. Als dit aanslaat, ben ik een eindje op weg naar het omvormen van mijn tuin van multicolor van mijn voorgangster naar een mooie combinatie van rood, wit en abrikooskleur. Ik vind het heerlijk spannend.

woensdag 24 april 2013

Tuinvisioenen

Als ik zaden zaai, komen de visioenen voorbij van een weelderige bloemen- en groententuin.

Als ik de braam opbind, zie ik de belofte in de uitlopers. En weet ik dat ik met mijn een bakje naar buiten zal lopen in de frisse ochtendlucht om bramen te plukken voor in mijn yoghurt....

Ik zie mezelf mijn tuin inlopen met een vergiet, kruiden en sla plukken en daar een lekkere tabouleh van maken. Of een kruidenomelet.

Ik zie een schaaltje verse doperwten met munt, net uit de tuin, net gepeld en heel kort gekookt. Onnavolgbaar lekker!

Ik hoor het gezoem van de bijen en het gezang van de vogels, het klapperen van de vleugels van vechtende duiven al ver voordat het begint.

Ik voel de gloeiende warmte van het vuur in mijn vuurkorf tijdens de lange zomeravonden.

En het komt er allemaal weer aan en ik kijk er naar uit. Het eerste volle jaar in mijn tuin.

dinsdag 23 april 2013

Franse vrouwen

Een tijdje geleden las ik in een tijdschrift iets over een boek van M. Guiliano; Waarom Franse vrouwen niet dik worden. Dat maakte me direct nieuwsgierig. Dus bestelde ik het boek bij de bibliotheek.

Dat is iets waar ik toch echt even de loftrompet over moet steken. De bibliotheken in de provincie Groningen hebben alle catalogi samen gevoegd. Daardoor is het nu mogelijk om uit alle bibliotheken te lenen. Je voert een reservering in op de site www.mijneigenbibliotheek.nl en het boek wordt naar de bibliotheek van je keuze gestuurd. Als het boek er is, krijg je een mailbericht. Ik vind het ideaal, deze service!

Dan het boek. Franse vrouwen eten vaak maaltijden van drie gangen. Ze eten altijd een ontbijt. Ze drinken iedere dag wijn of champagne en ze worden niet dik. Het klinkt mij tamelijk ideaal in de oren. Als ik de schrijfster goed begrepen heb, is daar een duidelijke verklaring voor. Franse vrouwen eten regelmatig, en vaak meer gangen per maaltijd, maar kleine porties. Ze drinken veel water en een beetje wijn en ze genieten er geweldig van. Ze eten ook alleen maar goede ingredienten. Eten wordt dus een feest, niet het beladen ik-moet-eigenlijk-minder dat volgens Guiliano in veel andere landen bij eten hoort. Ze vergelijkt het vooral met Amerika, waar ze veel komt.

Maaltijden van drie gangen duren vaak wel even. Onze maag heeft ongeveer 20 minuten nodig om een 'voldaan-signaal'  af te geven. Gemiddeld eten mensen 8 minuten. Dan blijf je kennelijk met een onvervuld gevoel zitten. En dan gaan mensen meer eten. Tenslotte: Franse vrouwen eten met aandacht. De tafel is mooi gedekt, de televisie blijft uit en er is geen boek of tijdschrift of krant te bekennen. Alleen het eten, alleen de smaak en vaak het gezelschap.

En dan is er nog dit: Franse vrouwen sporten niet, maar bewegen gedurende de dag. Ze maken een wandeling of nemen de trap. Goed idee voor iemand die niet van sporten houdt en zeker niet van de sportschool. Een paar eenvoudige maatregelen zouden genoeg zijn voor voldoende lichaamsbeweging. Ideaal!

Het boek spreekt me aan. Ik vind het belangrijk om een gezond gewicht te houden, maar lijnen vind ik vervelend en eigenlijk ook onzin. Het is een tijdelijke oplossing. Ik ben dol op lekker eten en ik houd van stijlvol gedekte tafels. Het lijkt me wel leuk om de komende tijd eens te eten als een Française  Goed leven en goed eten horen bij elkaar voor mij. Goed leven en gezond zijn ook. Als dat dan ook nog eens stijlvol kan, ben ik helemaal tevreden.

Gisteren ben ik begonnen. Ik liep van mijn kantoor eerst naar de supermarkt en daarna naar de auto. Thuisgekomen zette de auto op een parkeerplaats verderop, zodat ik een wandelingetje had naar huis. Toen ik uit de auto stapte, rook ik meteen de geur van een bbq. Bij de vijver zat een groepje studenten met een mini-bbq wat vlees te roosteren. Verderop zaten twee meiden tegen een boom te lezen en aan de waterkant zaten vissers. Een heerlijk stadse aanblik. Ik dacht: 'Het is nu officieel, de lente is begonnen.'

Als voorgerecht at ik vanavond een kommetje wortelsoep met toast van speltbrood. Daarna bakte ik twee kleine aardappels en kookte ik 100 gram spitskool met wat zout en peper sajaroom en karwijzaad. Mijn toetje bestond uit vier stukjes stoofpeer uit mijn voorraad met wat opgeklopt eiwit in plaats van room. Het eigeel wil ik gebruiken voor mijn favoriete toetje: warme appel met vanillesaus. Daarbij had ik een lekker glaasje witte wijn en een glas water. De tafel was gedekt en ik had mooie muziek op staan.


Ik zat echt vol. Ik heb de helft van de toast laten staan en een deel van de kool. Die zal ik binnenkort hergebruiken. Ik denk dat ik vandaag pasta bij maak en een kaassaus. Dan heb ik meteen mijn diner bedacht:
- toast met olijventapenade en wat mozzarella
- pasta met spitskool en kaassaus
- warme appel met vanillesaus

Ik zal niet iedere dag tijd hebben om zo te eten. Als ik 's avonds weer weg moet, is het misschien handig om het wat minder uitgebreid aan te pakken. Maar ik vind het bijzonder feestelijk zo midden in de week.


vrijdag 19 april 2013

Mijn eigen hooimadam

De afgelopen tijd las ik steeds over de hooimadam. Het schijnt een bijzonder handig hulpmiddel te zijn. Ik begrijp het alleen niet helemaal. Ik heb een dikke deken, een kussentje en een handdoek. Dat werkt ook prima voor mijn pan voor kikkererwten. Kan iemand me het verschil uitleggen?


woensdag 17 april 2013

De laatste wintergroente

De voorraad die ik kocht in de Noordoostpolder is op. Ik kookte de laatste bietjes en maakte er twee salades mee. De een was de River Cottage linzensalade en de ander een combinatie van geraspte bietjes, rucola en mizuna uit de vensterbank en blokjes feta.

Nu is er geen 'wintervoorraad' meer. Ik heb ontdekt dat ik in mijn schuurtje, zo lang het niet al te warm is, een behoorlijke voorraad bewaargroente kan opslaan. Ik had de groenten nu in stevige kartonnen groentedozen en afgedekt met theedoeken. Misschien kan ik dat volgend jaar beter doen. Misschien kan ik experimenteren met inkuilen of zoiets.

Ik denk dat ik deze winter opnieuw een grote hoeveelheid groenten ineens zal kopen. Of ik weer naar de  Noordoostpolder zal gaan, weet ik nog niet. Er is ongetwijfeld een biologische boer dichter in de buurt. Met een beetje geluk hoef ik geen pastinaken of peterseliewortel te kopen. Die staan dit jaar in mijn tuin.... hopelijk.

maandag 15 april 2013

Opladen

Vorige week las ik in de krant dat dertigers steeds vaker last krijgen van een burn-out. Ze zijn minder bestand tegen de drukte op het werk dan veel ouderen. Dat heeft, volgens het artikel, niet te maken met de belastbaarheid van de dertigers. Ze hebben dezelfde belastbaarheid als ouderen, maar het leven vraagt veel meer van hen. Dertigers hebben vaak een gezin en de eisen aan opvoeding zijn hoog. Er is waarschijnlijk ook een groep met zorgtaken voor ouders of andere mensen. Daarnaast is er nog veel dat moet. Je moet een spannend leven hebben; stralend op facebook staan, zeg maar. Zo'n hoog streefniveau houdt niemand lang vol.

Jaren geleden las ik het boek Timeshifting van Stephan Rechtschaffen. Hij stelt dat het geen probleem is om hard te werken, als je tussentijds maar genoeg ontspant. Zijn voorbeelden zijn eenvoudig. Je kunt bijvoorbeeld direkt de telefoon opnemen als-ie gaat. Je kunt ook even rustig wachten in innerlijk de overgang maken van waar je mee bezig was naar een gesprek met iemand aan de telefoon. Thich Nhat Hanh raadt hetzelfde aan. Beschouw de telefoon net als de bel: even rustig ademhalen en dan met aandacht de telefoon beantwoorden. Daarmee haal je op iets kleins de snelheid uit de dag. Zulke voorbeelden zijn er genoeg. Rustig even je handen wassen. Met aandacht een paar slokken thee drinken of een lunchwandeling maken
.
De afgelopen weken is het erg druk geweest. Ik had een feest georganiseerd op mijn werk. Dat betekende lange dagen en werken in het weekend. Het feest is achter de rug. Het was erg leuk. Dat maakt het alle inspanning wel waard.

De drukte van de voorbereiding van zo'n feest is te groot om te ondervangen met kleine momenten van rust. Ik moet dan iets meer tijd nemen om te ontspannen, anders gaat mijn concentratie achteruit. Tijdens een meditatiedag een tijdje geleden noemde de spreker het; waar word je door gevoed. Het is goed om dat soort dingen te weten na een drukke periode echt goed te herstellen. Ieder heeft eigen dingen die helpen om te ontspannen. Een vriendin van mij gaat dan naar een sauna of kiest voor een massage, mijn zus gaat graag naar het strand en een vriend van mij luistert een tijd naar harde rockmuziek.

Ik herstel graag in een cafe. Ik had een donderdagmiddag vrij genomen en besloot te gaan lunchen. Ik bracht mijn fiets bij de fietsenmaker voor onderhoud en ging naar een mooi cafe in de buurt. Een lekker warm broodje mozzarella en een glaasje wijn, een schrift voor aantekeningen en een boek of een stapel tijdschriften, dat is wat ik nodig heb. Na anderhalf uur kom ik als een ander mens het cafe weer uit. Dit weekend heb ik het herhaald in Amsterdam op een terras. De zon scheen, ik had een wit wijntje en wat broodjes met houmous. Ik las Koninkrijk van sloppen van Auke van der Woud en naast mij hadden mensen een gesprek over de nieuwe liefde van de een en het nieuwe bedrijf van de ander. Reuze genoeglijk allemaal.

maandag 8 april 2013

Mijn energietest


Op www.milieucentraal.nl kun je een energiebespaartest doen. Ik las daarover in een tweet van Ties Mouwen van het energieloket Assen. Dat leek me eens goed om te doen. Aan het begin van de test kon ik invullen hoe ik dacht te zullen scoren. Ik gokte op een 6.7. Dat zegt natuurlijk niks. Ik wist namelijk niet wat ze gingen vragen. Er waren vragen over stroomverbruik, verwarming, waterverbruik, vervoer en energiebesparende maatregelen. Uiteindelijk kwam ik lager uit dan ik dacht: een 6,1. Ik ben daarmee een gemiddelde Nederlander.

De test roept bij mij wel wat vragen op. Vooral omdat er vragen  missen naar mijn idee.

Om te kunnen beoordelen of je zuinig verwarmt is het niet alleen van belang of je een HR ketel hebt, of je thermostaat laag hebt en op ruim op tijd naar de nachttemperatuur zet. Volgens mij telt het ook mee hoeveel radiatoren je aan hebt staan. In de slaapkamer, bijvoorbeeld, is dat helemaal niet nodig. Mijn radiator in het halletje staat ook uit. Dat scheelt nogal in het verbruik van gas.

De test vraagt hoe lang ik douche. Dat is inderdaad bepalend voor het waterverbruik. Ik denk dat het daarnaast belangrijk is om te weten hoe vaak iemand een douche neemt. Stel dat iemand twee keer per dag 5 minuten onder de douche staat. Dan vult hij 5 minuten in, maar zijn waterverbruik is hoger dan iemand die om de dag een douche neemt van 8 minuten, 12 minuten meer in twee dagen. Dat levert denk ik een andere uitkomst op voor de tweede persoon.

Dan de wasmachine. De vraag is hoe heet je meestal wast. Dat is inderdaad een belangrijke indicatie. Hoe lager de temperatuur, hoe minder stroom en hoe langer je met je kleding kunt doen. Toch denk ik dat het ook goed is om te weten hoe vaak iemand wast. Trek je twee keer per dag andere kleren aan, sport je vaak, gaat een handdoek na één keer gebruiken in de was, verschoon je je beddengoed wekelijks? Dat betekent dat de wasmachine vaker draait dan als kleren worden gelucht als er geen vlekken op zitten of een handdoek vaker dan één keer wordt gebruikt. De vraag hoe vaak de wasmachine draait is dus van belang, niet alleen voor de stroom, maar ook voor het watergebruik.

Een van de volgende vragen gaat over de koelkast. Heb je één of twee koelkasten. Logisch dat dat uitmaakt. Ik zou dan denken dat het ook belangrijk is om te weten of iemand een aparte diepvriezer heeft.

Ik heb zo nog een paar dingen, die ik vind ontbreken in de test: de vaatwasser bijvoorbeeld. Maar los van deze punten is het een leuke en redelijk passende test om te doen. En bij mij kwamen precies de punten er uit die ik al wil aanpakken. De isolatie van de vloer, zonnencellen en mijn autogebruik. Ik kreeg deze tips uit de test.
- Plaats zonnepanelen
- Isoleer de vloer
- Isoleer de muren
- Ga met het openbaar vervoer
- Neem een kleinere auto met A-label
- Plak radiatorfolie achter de verwarming.
Als ik dat allemaal doe, gaat mijn score naar een ruime 8. Dat zou leuk zijn. Ik geloof niet dat ik ooit een 10 zal kunnen halen, omdat ik in een oud huis woon en niet onder autorijden uit kom. Maar alles is meegenomen.

Nummer 1,2 en 4 staan sowieso in de planning. De andere dingen moeten misschien later. Het zijn namelijk besparingen die een hoop geld kosten. Zonnepanelen kosten een paar duizend euro. Het duurt ongeveer 10 jaar om die uitgave terug te verdienen. En een andere auto kost beslist ook een hoop geld. Een tweedehands miniklasse is toch al gauw vijfduizend euro. Met een lager bedrag op mijn energierekening ga ik dat niet in een paar jaar terugverdienen. En dan weet ik op dit moment nog niet wat het kost om de vloer te isoleren. Het is geen reden om het niet te doen, maar wel een reden om het niet allemaal nu te doen. Die 8-en-een-beetje is voor over een paar jaar.

vrijdag 5 april 2013

Genieten bij mijn kacheltje

Nu het buiten langzaam minder koud wordt, wil ik de verwarming zo min mogelijk aan hebben. Het komt regelmatig voor dat ik een uurtje thuis ben om te eten, dan weg ga en rond half 11 weer terug ben. Voor dat ene uurtje doe ik de verwarming niet aan. Ik ben toch in beweging tijdens het koken en daarna zit ik een twintig minuten om te eten. Voordat ik het echt koud kan krijgen, ga ik al weer weg.

Als ik aan het eind van de avond weer thuis kom, vind ik het ook onzin om de verwarming aan te doen. Ook voor dat ene uurtje is dat wat overdreven. Daarom ben ik zo gelukkig met mijn gaskacheltje. Als ik de suitedeuren dicht doe en vlak bij de kachel ga zitten, is het absoluut warm genoeg. Een kopje thee erbij en het is compleet. Als het dan toch te koud is, heb ik altijd nog een stuk van de grand foulard.

 De warmte van een kachel is niet te vergelijken met de warmte van een CV. Een collega van mij woont in een huis met alleen maar kachels. Als hij bij mensen op bezoek gaat die CV hebben, kleedt hij zich altijd extra warm. Voor hem voelt CVwarmte kil. Ik ben het met hem eens dat de warmte van een gaskachel veel gloeiender is, veel intenser. De warmte van vlammen en die van de zon is met niets te vergelijken en verreweg de lekkerste warmte. Daarom geniet ik zo van mijn kachel.

We zijn in de afgelopen eeuw aan een hoop comfort gewend geraakt. Een eeuw geleden hadden de meeste huizen kolenkachels. Als de lente begon, gingen de kachels naar de zolder en ze kwamen pas weer terug als de Zuidlaarder markt begon. Dat was in de loop van oktober. De afgelopen twee weken hebben we kunnen meemaken hoe koud het nog kan zijn als de lente al begonnen is. Dat maakte toen niet uit: doe maar een extra trui aan.

Zo schreef een vrouw in 1911 aan haar zus dat ze zo blij was met de mooie nieuwe kachel, die ze had gekregen voor haar zilveren bruiloft. Niet dat hij al aan hoefde, want het was nog 15 graden in de kamer(1). Dat is wel even iets anders dan de 20 graden of meer in vele huizen, waarbij mensen in de winter nog in een dunne bloes zitten.

Ik heb in het afgelopen jaar gemerkt dat het een zaak is van gewenning. Als ik het kacheltje aan heb maar de verwarming uit laat, wordt het in de kamer nooit 20 graden. Dat geeft niet omdat ik toch vlak bij de warmte zit. In de rest van het huis is het dan dus koud: 14,5 graden. En toch heb ik daar weinig last van. Als ik naar de keuken ga, doe ik een omslagdoek om. En zo blijf ik warm. Het is dezelfde gewenning die ervoor zorgt dat ik de kachel eigenlijk niet meer hoger zet dan 19 graden. Meer heb ik niet meer nodig. Als ik gasten krijg, is dat een ander verhaal. Dan zet ik de verwarming op 20. Mensen moeten het niet koud hebben als ze bij me op bezoek komen.

Er zijn nog meer punten waarop we steeds luxer zijn gaan leven en steeds meer verbruiken. Het wassen van kleding en van onszelf, bijvoorbeeld. Een kleine zoektocht op Internet leert dat we per persoon per jaar zeven keer zoveel water gebruiken als in 1900.  Sinds kort loopt het waterverbruik iets terug. Dat zou kunnen liggen aan de waterbesparende douchekoppen en toiletten die steeds meer worden gebruikt. Een goed teken.

Is het echt nodig om elke dag te douchen? Moet al onze kleding wel zo vaak worden gewassen? Ik vraag het me af. Toen mijn badkamer vorig jaar nog in verbouw was, waste ik me in de keuken aan de kraan. Om de paar dagen ging ik bij een vriendin onder de douche. En ik was net zo schoon als in de periode daarvoor, waarin ik elke dag onder de douche ging. We zouden toch ergens in het midden moeten kunnen eindigen.

Vroeger was zuinigheid gewoon en verspilling een teken van gebrek aan controle. Nu is dat niet meer zo algemeen. Voor grote groepen mensen is genieten meer het devies. Dat vind ik overigens prima. Ik wens iedereen een goed leven toe. Mijn gedachte is alleen, dat je beter en meer kunt genieten als je weet dat dat niet over de rug gaat van een ander, het milieu of de volgende generatie. Als grote groepen mensen bijvoorbeeld zuiniger zijn met water, dan zou dat kunnen betekenen dat de delen van de wereld, die nu een groot tekort hebben, meer water zouden kunnen krijgen. Ik ben daar voor en zal zeker de komende tijd nog zoeken naar mogelijkheden om op water te besparen.

(1) Ileen Montijn, Leven op stand.

Plannen voor 2024

Het hoeft natuurlijk niet ... plannen voor een nieuw jaar, maar  Ik zou ook op mijn verjaardag plannen kunnen maken of op een willekeurig an...